Hij had nog nooit een sneeuwstorm gezien
waar haar gezicht niet in te herkennen was
De oude man voor de hut bij de bevroren zee
waar hij zijn netten knoopte met knokige handen
die de kleur en textuur hadden van de rotsen
wachtte op de lente zodat zijn herinneringen
zouden smelten met de laatste sneeuw
Volgend jaar zou de vis weer komen
maar de luchten herhaalden zich eindeloos
Zijn gelijnde gezicht mompelde roerloos
oude zeerijmen over de geliefden van toen
die ook de zijne hadden kunnen zijn
Dat is hoe hij wist dat met de nieuwe sneeuw
de sneeuwstormen hetzelfde zouden blijven